Het Teeltplan
Voor een goede oogst is het goed om een teeltplan te maken. Dit is niet alleen voor dit jaar belangrijk, maar ook voor het jaar daarop. Om de grond gezond te houden is een rotatiesysteem erg belangrijk en elk jaar lijkt het lastig te bedenken wat er 2 jaar geleden ook alweer stond. Het is geen verspeelde moeite om een teeltplan te maken en deze te bewaren. Daarnaast is het erg leuk om in de donkere wintermaanden alvast na te denken over de te zaaien groenten voor het komende jaar. Het teeltplan bestaat uit 2 delen:
- Het ontwerp
Hierin staat waar elk gewas staat in de tuin. Dit gaat voornamelijk om de plaatsing in een bepaald perceel (zie ook ‘vruchtwisseling’) - Het tijdschema
Hierin staat welke groeten je wilt zaaien, planten en oogsten.
Welke groenten wil je kweken?
Belangrijk voor het kiezen van groenten is kijken wat jij lekker vindt. In de winkel liggen vaak commercieel interessante groenten, maar is veel meer dan wat er in de standaard winkel te koop is. Zo kun je kijken naar vergeten groenten, of groenten die erg lekker zijn maar er niet mooi uitzien.
Daarnaast is het ook goed om te kijken hoeveel tijd je hebt. Wanneer je erg weinig tijd hebt voor je moestuin kun je beter kiezen voor bomen en struiken omdat deze minder onderhoud vragen dan plantjes.
Het is ook goed om je groenten te variëren. Een tuin vol met sla doet je na een jaar walgen van sla. Als je erg van een soort groenten houdt dan is het goed om verschillende soorten te zaaien en niet te veel van een soort in een keer. Verschillende soorten (rode sla, rucola, veldsla, krulsla) kun je, afhankelijk van de tijd die ze nodig hebben om te groeien, heel goed met tussenposes achter elkaar zaaien (bijvoorbeeld met een interval van 1 maand). Dat geeft je niet in 1 week te veel sla maar door het hele seizoen heen verschillende soorten op verschillende momenten.